Programma Avondconcert zondag
Krzysztof Penderecki (1933-2020)
Cadenza
Anuschka Pedano I altviool
Francis Poulenc (1899-1963)
Cellosonate, FP143
Tom Feltgen I cello
Katsura Mizumoto I piano
Gabriel Fauré (1845-1924)
Romance op.69
Papillon op.77
Sérénade op.98
Elégie op.24
Marc Nogueroles | cello
Katsura Mizumoto | piano
Dmitri Sjostakovitsj (1906-1975)
5 werken voor 2 violen en piano
Henryk Wieniawski (1835-1880)
Moderato uit Etudes-caprices op.18
Pablo de Sarasate (1844-1908)
Navarra op.33
Leon Blekh I viool
Alexandra Cooreman I viool
Katsura Mizumoto I piano
Een avond gewijd aan virtuoze strijkers kan nauwelijks mooier openen dan met Penderecki’s Cadenza: hoe uit een piepklein maar veelzeggend motief van twee noten een intense solo kan groeien, die opperste beheersing vraagt van de speler. In vergelijking biedt Poulenc neoklassieke Cellosonate eerder welkome ontspanning. Als lid van Les Six zette Poulenc zich af tegen de romantiek en het wagnerisme dat Frankrijk rond en na de eeuwwisseling in zijn greep hield, en dit werk is een mooi en persoonlijk voorbeeld uit zijn neoclassisistische periode. Als een onverbeterlijk pianist kon Poulenc niet anders dan zijn eigen instrument in elk deel de leiding te geven, maar vooral in de twee middendelen kan je voelen dat Pierre Fournier, bestemmeling én (met de componist zelf) eerste uitvoerder, zijn cello-expertise ook liet gelden.
Sjostakovitsj’ vioolduetten werden geselecteerd uit zijn film- en theatermuziek en bewerkt door zijn vriend de musicoloog Levon Atovmian. Samen vormen ze een verrukkelijke verzameling dansante en easy listening opwarmers. Wieniawski bedoelde zijn Etudes-caprices als oefeningen, elk deel rond een specifieke techniek, maar waar de meeste componisten een piano zouden inzetten om de vioolstudent te begeleiden, koos hij hier voor een tweede viool. En in plaats van een harmonische bedje te spreiden, doet die tweede viool lekker zijn eigen ding. In deze eerste Etude-caprice beginnen beide stemmen gelijkaardig, maar als de eerste aan de slag gaat met trillers, zet de tweede de originele melodie verder in een wonderlijk mooi duet. Tot slot is dan de beurt aan Sarasate, die het beide spelers in Navarra extreem lastig maakt. Vuurwerk!